VCA examen Gratis | Werkplekinspecties en observatierondes

1.2.18 Werkplekinspecties en observatierondes


Om onveilige situaties en onveilige handelingen vast te stellen worden werkplekinspecties en observatierondes gedaan door een observator.

De observator is een leidinggevende die tijdens zijn observatieronde een aantal VCA aandachtspunten en VCA onderwerpen inspecteert.

De observatie van de werkplek kan gebeuren aan de hand van een werkplekinspectie formulier, taak risico analyse formulier of VCA checklist.

Na elke werkplekinspectie wordt er door deze leidinggevende een rapport opgemaakt.

1. Aandachtspunten:
- Trek er voldoende tijd voor uit (circa 30 minuten).
- Maak duidelijk wat de bedoeling is.
- Observeer 1 persoon, nooit een gehele groep tegelijk.
- Het is een regelmatige en geen occasionele taak van de leidinggevende (elke leidinggevende minimaal eenmaal per maand).
- Observeer bij voorkeur met twee personen, maximaal met drie personen.
- Voorkom verstoring van de werkzaamheden, loop de medewerkers niet voor de voeten.
- Observeer de werkzaamheden en let vooral op de VGM-aspecten.
- Controleer of de procedures en voorschriften worden opgevolgd.
- Uw aanwezigheid leidt tot reacties, wanneer dit averechts werkt, dient u dit op een later tijdstip samen met de betrokkene te bespreken.
- Wanneer uw aanwezigheid de werkaanpak verandert, ga er op in.
- Maak notities.
- Kijk niet alleen, maar stel vragen, luister, geef adviezen en maak afspraken.
- Informeer de betrokkene over positieve en negatieve veiligheidsaspecten van het geconstateerde.
- Corrigeer op een zodanige manier dat die positief is voor de motivatie van de medewerkers.
- Geef aandacht aan incidenten die hebben plaatsgevonden.
- Communiceer op een zodanige manier dat de medewerker in zijn waarde wordt gelaten.

2. Onderwerpen:
- Collectieve beschermingsmiddelen.
- Persoonlijke beschermingsmiddelen.
- Opstelling (plaats) van medewerkers t.o.v. elkaar.
- Handelingen van medewerkers.
- Middelen: machines, gereedschap en apparatuur.
- Orde en netheid.
- Toepassen procedures.

3. Rapportage:
- Bevindingen.
- Is veilig werken en gedrag gemakkelijk/moeilijk/onmogelijk.
- Waren observator en geobserveerde het eens over veilig werken en gedrag.
- Welke acties genomen worden.
- Welke personen/diensten verantwoordelijk zijn voor deze actie.
- Welke personen/diensten verantwoordelijk zijn voor het opvolgen van deze actie.


VCA examen Gratis


---------------------------------

VCA oefenvragen

---------------------------------

1. Waarom worden er werkplekinspecties en observatierondes gedaan door een observator?



A. Werkplekinspecties en observatierondes worden gedaan om onveilige situaties en onveilige handelingen vast te stellen.

B. Werkplekinspecties en observatierondes worden gedaan enkel om onveilige situaties vast te stellen.

C. Werkplekinspecties en observatierondes worden gedaan om de productiviteit te controleren van de werknemer.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

2. Welke personen kunnen observator zijn om werkplekinspecties en observatierondes uit te voeren?

Een observator is altijd een persoon met een leidinggevende functie.

3. Wat moet een observator inspecteren tijdens zijn werkplekinspecties en zijn observatierondes?

Een observator moet tijdens zijn werkplekinspecties en observatierondes een aantal VCA aandachtspunten en VCA onderwerpen inspecteren.

4. Aan de hand van welke documenten kan een observator een werkplekinspectie uitvoeren?

Een observator kan aan de hand van een werkplekinspectie formulier, een taak risico formulier of een VCA Checklist een werkplekinspectie uitvoeren.

5. Wat moet een leidinggevende als observator doen na elke werkplekinspectie of een observatieronde?

Na elke observatieronde of werkplekinspectie moet de leidinggevende een rapport opmaken.

6. Hoelang mag een observatieronde of werkplekinspectie van een observator ongeveer duren?

Om een goede werkplekinspectie of observatieronde uit te voeren moet er voldoende tijd zijn, circa 30min.

7. Welke informatie moet de observator meedelen aan de werknemer tijdens de werkplekinspectie van de werknemer?

De observator moet duidelijk uitleggen aan de werknemer wat de bedoeling is van de werkplekinspectie?

8. Hoeveel personen is aangeraden om te observeren tijdens een werkplekinspectie?

Om een goede werkplekinspectie te kunnen uitvoeren is het aangeraden om 1 persoon te observeren en nooit een gehele groep gelijktijdig.

9. Hoeveel maal moet een leidinggevende een werkplekinspectie of een observatieronde doen?

Werkplekinspecties en observatierondes moeten minimaal 1 maal per maand uitgevoerd worden door een leidinggevende. Het mag geen occasionele taak zijn maar moet gebeuren op regelmatige basis.

10. Met hoeveel personen is aangeraden om een observatie van een werkplek uit te voeren?

Maximaal met 3 personen, maar de voorkeur gaat uit naar 2 personen om een werkplek te observeren.

11. Wat moeten observators voorkomen tijdens het observeren van een werkplek of tijdens inspectierondes?

Een observator moet voorkomen dat er een verstoring is van de werkzaamheden en mag zeker de medewerkers niet voor de voeten lopen tijdens zijn observaties.

12. Wat moet een observator observeren tijdens zijn werkplekinspectie of tijdens zijn observatieronde?

Een observator moet de werkzaamheden observeren en vooral letten op de VGM-aspecten.

13. Wat moet een observator controleren tijdens zijn werkplekinspectie of zijn observatieronde?

De observator moet controleren of de opgelegde procedures en voorschriften worden opgevolgd.

14. Hoe moet een observator reageren wanneer zijn aanwezigheid leidt tot verkeerde reacties of averechts werkt?

De observator dient de reacties te bespreken met de betrokkene op een later tijdstip.

15. Hoe moet een observator van een werkplekinspectie reageren als zijn aanwezigheid de werkaanpak verandert?

De observator moet reageren en er op in gaan als de werkaanpak verandert tijdens zijn aanwezigheid.

---------------------------------

16. Hoe moet een observator zijn waarnemingen bijhouden tijdens zijn werkplekinspectie en observatierondes?


A. Door het maken van notities kan een observator zijn waarnemingen bijhouden tijdens zijn werkplekinspectie en observatierondes.

B. Een observator mag geen notities maken van zijn waarnemingen tijdens zijn werkplekinspectie en observatierondes.

C. Een observator heeft de vrije keuze om notities te maken van zijn waarnemingen tijdens zijn werkplekinspectie en observatierondes.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

17. Hoe moet de houding zijn van de observator tijdens zijn werkplekinspecties en zijn observatierondes tegenover de medewerkers?


A. De observator moet alleen kijken tijdens zijn werkplekinspectie.

B. De observator moet niet alleen kijken maar mag ook vragen stellen tijdens zijn werkplekinspectie, maar mag geen advies geven en eventueel afspraken maken met de medewerkers.

C. De observator moet niet alleen kijken tijdens zijn werkplekinspectie, maar ook vragen stellen, luisteren, advies geven en eventueel afspraken maken met de medewerkers.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

18. Welke informatie moet een observator doorgeven aan de geobserveerde medewerker tijdens of na een werkplekinspectie?

De observator moet de geobserveerde medewerker informeren over de positieve en negatieve veiligheidsaspecten van zijn vaststellingen tijdens zijn werkplekinspectie.

19. Hoe moet een observator medewerkers corrigeren na het vaststellen van negatieve veiligheidsaspecten tijdens een werkplekinspectie of observatieronde?

Het corrigeren van medewerkers na het vaststellen van negatieve veiligheidsaspecten moet gebeuren op een zodanige manier dat het een positieve invloed heeft op de motivatie van de medewerkers.

20. Waar moet een observator tijdens een werkplekinspectie of observatieronde extra aandacht aan besteden?

De observator moet extra aandacht besteden aan incidenten of ongevallen die reeds hebben plaatsgevonden op de werkplek.

21. Hoe moet een observator communiceren met medewerkers tijdens zijn werkplekinspectie of zijn observatieronde?

Bij het communiceren tijdens een werkplekinspectie of observatieronde is het belangrijk dat medewerkers in hun waarde worden gelaten.

22. Welke gebruikte beschermingsmiddelen moet een observator controleren tijdens zijn werkplekinspectie en observatieronde?

De observator controleert zowel de collectie beschermingsmiddelen als de persoonlijke beschermingsmiddelen en het gebruik ervan door de medewerkers.

23. Welke vergelijking moet een observator maken met de geobserveerde medewerker ten overstaande van andere medewerkers tijdens zijn werkplekinspectie en observatieronde?

De observator moet het oog op de veiligheid van de geobserveerde medewerker de opstelling en plaats bekijken ten opzichte van andere medewerkers.

24. Welk aspect moet de observator controleren om te komen tot een ordelijke en hygiënische werkomgeving bij zijn werkplekinspectie of observatieronde.

De orde en de netheid van de werkplek moet gecontroleerd worden door de observator.

25. Welke toepassingen moeten gecontroleerd worden door de observator bij een werkplekinspectie?

De observator moet controleren op de toepassingen van de opgelegde VGM-procedures.

26. Wat moet de observator doen met de gemaakte notities en bevinden tijdens een werkplekinspectie?

De observator moet na elke werkplekinspectie zijn bevindingen uitschrijven in een rapport.

27. Hoe moet een observator in zijn rapportage de mogelijkheid van veilig werken omschrijven na zijn werkplekinspectie of observatierond?

De observator moet in zijn rapport omschrijven of veilig werken gemakkelijk, moeilijk of onmogelijk is.

28. Wat moet de observator zeker vermelden in zijn rapport over de geobserveerde medewerker na zijn werkplekinspectie?

In het rapport van de uitgevoerde werkplekinspectie moet zeker vermeld worden of de observator en de geobserveerde medewerker het eens waren over veilig werken en het gedrag.

29. Wanneer er volgens de observator acties moeten ondernomen worden om veilig te bevorderen, hoe moet de observator de te nemen acties vermelden in zijn rapport?

De observator moet in zijn rapport vermelden welke personen en diensten verantwoordelijk zijn voor deze acties, alsook moet de observator aanduiden welke personen en diensten deze acties moeten opvolgen.

<< Terug
VCA --------------------------------------------------------------
1. Voorbereiden, bespreken en inspecteren van de werkzaamheden
1.1 Regelgeving en veiligheidsregels
1.2 Veilig werken, overleg en inspecties
...
1.2.16 Aandachtspunten en inhoud van een VGM-bijeenkomst of toolboxmeeting
1.2.17 Vereisten en de werkwijze bij VGM-bijeenkomsten (toolboxmeeting)

--> 1.2.18 Werkplekinspecties en observatierondes <--

1.2.19 Voordelen van werkplekinspecties
1.2.20 Werkplekinspecties
...
1.3 Preventie
2. Uitvoeren van werkzaamheden
3. Beheersen van specifieke gevaren
4. Beheersen van incidenten en noodsituaties




VCA examen