Gratis Vragen VCA | Werken in besloten ruimtes

Werken in besloten ruimtes | Gevaren en Veiligheidsmaatregelen | Gratis Vragen VCA


2.4.11 Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het werken in besloten ruimtes


1. Kenmerken:
- Nauw, klein, nat, glad en weinig bewegingsruimte.
- Niet bedoeld voor het verblijf van personen.
- Nauwelijks natuurlijke ventilatie.
- Moeilijk toegankelijk.
- Slechte vluchtmogelijkheden.
- Slecht verlicht.
- Leidingen en kabels op onverwachte plaatsen.

2. Voorbeelden:
- Opslagreservoirs of -tanks.
- Riolen en leidingen.
- Liftschachten, kruipruimten en kelders.
- Tentjes bij uitgraving of pijpleidingen.

3. Eisen voor betreding:
- Minimale zuurstofpercentage 19%.
- Aanwezig explosief gasmengsel minder dan 10% van de LEL.
- Concentratie giftige stoffen of dampen moet lager zijn dan de grenswaarde.
- Adequate luchtverversing.
- Waarschuwingsborden voor de toegang tegen betreding van onbevoegden.
- Leidingen die op de ruimte zijn aangesloten moeten zijn afgeblind of losgekoppeld.
- Met geldige werkvergunning of een schriftelijk vrijgave.
- Betreders zijn 18 jaar of ouder.
- De ruimte is schoon en droog.
- Met permanente observatie.

4. Regels voor metingen bij gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie:
- Uitgevoerd door deskundig persoon.
- Op meerdere plaatsen.
- Periodiek of continu.

5. Veiligheidsmaatregel toezicht bij gevaar voor verstikking, bedwelming, vergiftiging, brand of explosie:
- Toezicht uitoefenen.
- Onderhouden van communicatie met persoon in ruimte.
- Alarmeren van hulpverlenende afdelingen/diensten als persoon in de ruimte in gevaar is.
- Controleren ventilatie.
- Hulp bieden aan slachtoffers.

6. Eis voor de persoon die is belast met permanente observatie buitenwacht/mangatwacht:
- Beschikken over aantoonbaar getoetste deskundigheid.

7. Verhoogd verstikkingsgevaar:
- Zuurstoftekort door aanwezigheid van inert gas.

8. Verhoogd brand- en explosiegevaar:
- Te weinig ventilatie, waardoor onderste explosiegrens snel wordt bereikt.
- Aanwezigheid van brandbare stoffen in de ruimte.
- Aanwezigheid van brandbare stoffen in het materiaal of bij verwijdering van roestlagen.
- Open vuur of vonken in de besloten ruimte.
- Zuurstoflekkage uit slangen of niet goed dichtgedraaide branders.

9. Verhoogde vergiftigingsgevaar:
- Aanwezigheid van giftige stoffen en te weinig ventilatie waardoor de concentratie boven de grenswaarde kan komen.

10. Verhoogd gevaar voor elektrocutie:
- Door slechte ventilatie is de lichaamstemperatuur hoger en is er meer vochtigheid, hierdoor is er meer geleiding.

11. Veiligheidsmaatregel verblijfsduur:
- Zo kort mogelijk

12. Extra persoonlijke beschermingsmiddelen:
- Onafhankelijke adembescherming (dus: geen filtermaskers) bij een concentratie aanwezige gevaarlijke gassen/dampen boven de grenswaarde en bij een te laag zuurstofpercentage.
- Gehoorbescherming (afhankelijk van type werkzaamheden en aard van besloten ruimte).
- Reddingslijn, tenzij deze extra gevaar oplevert.
- Gaspak (als er mogelijk gassen en/of dampen zijn met gevaar voor huidopname).

13. Veiligheidsmaatregelen ventilatie:
- Natuurlijke ventilatie.
- Mechanische ventilatie.
- Plaatselijke afzuiging bij het vrijkomen van gassen en dampen.

14. Veiligheidsmaatregelen elektrocutie:
- Elektrische apparatuur op de juiste wijze spanningsvrij maken.
- In besloten ruimtes met geleidende wanden gebruik maken van veilige spanning.


Gratis Vragen VCA


---------------------------------

VCA oefenvragen

---------------------------------

1. Kan "nauwheid" een kenmerk zijn van een besloten ruimte?


A. "Nauwheid" is geen kenmerk van een besloten ruimte.

B. "Nauwheid" kan een kenmerk zijn van een besloten ruimte wanneer het donker is.

C. "Nauwheid" kan een kenmerk zijn van een besloten ruimte.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

2. Kan "klein" een kenmerk zijn van een besloten ruimte?

"Klein" kan een kenmerk zijn van een besloten ruimte.

3. Kan "nat" een kenmerk zijn van een besloten ruimte?

"Nat" kan een kenmerk zijn van een besloten ruimte.

4. Kan "glad" een kenmerk zijn van een besloten ruimte?

"Glad" kan een kenmerk zijn van een besloten ruimte.

5. Kan "weinig bewegingsruimte" een kenmerk zijn van een besloten ruimte?

"Weinig bewegingsruimte" kan een kenmerk zijn van een besloten ruimte.

6. Is een ruimte die niet bedoeld is voor het verblijf van personen een kenmerk van een besloten ruimte?

Een ruimte die niet bedoeld is voor personen is een kenmerk van een besloten ruimte.

7. Is een ruimte waar nauwelijks natuurlijke ventilatie is een kenmerk van een besloten ruimte?

Een ruimte waar nauwelijks natuurlijke ventilatie is is een kenmerk van een besloten ruimte.

8. Is een ruimte met een moeilijke toegang een kenmerk van een besloten ruimte?

Een ruimte met een moeilijke toegang is een kenmerk van een besloten ruimte.

9. Is een ruimte met slechte vluchtmogelijkheden een kenmerk van een besloten ruimte?

Een ruimte met slechte vluchtmogelijkheden is een kenmerk van een besloten ruimte.

10. Is een slecht verlichte ruimte een kenmerk van een besloten ruimte?

Een slecht verlichte ruimte is een kenmerk van een besloten ruimte.

11. Is een ruimte met leidingen en kabels op onverwachte plaatsen een kenmerk van een besloten ruimte?

Een ruimte met leidingen en kabels op onverwachte plaatsen is een kenmerk van een besloten ruimte.

12. Zijn opslagreservoirs een voorbeeld van een besloten ruimte?

Opslagreservoirs zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

13. Zijn opslagtanks een voorbeeld van een besloten ruimte?

Opslagtanks zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

14. Zijn riolen een voorbeeld van een besloten ruimte?

Riolen zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

15. Zijn pijpleidingen een voorbeeld van een besloten ruimte?

Pijpleidingen zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

---------------------------------

16. Zijn liftschachten een voorbeeld van een besloten ruimte?


A. Liftschachten zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

B. Liftschachten zijn geen voorbeeld van een besloten ruimte omdat er meerdere vluchtwegen zijn.

C. Liftschachten zijn een voorbeeld van een besloten ruimte wanneer ze koud en vochtig zijn.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

17. Zijn kruipruimten een voorbeeld van een besloten ruimte?


A. Kruipruimten zijn geen voorbeeld van een besloten ruimte.

B. Kruipruimten zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

C. Wanneer er geen verlichting aanwezig is zijn kruipruimten een voorbeeld van een besloten ruimte.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

18. Zijn kelders een voorbeeld van een besloten ruimte?

Kelders zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

19. Zijn tentjes bij uitgravingen een voorbeeld van een besloten ruimte?

Tentjes bij uitgravingen zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

20. Zijn tentjes bij pijpleidingen een voorbeeld van een besloten ruimte?

Tentjes bij pijpleidingen zijn een voorbeeld van een besloten ruimte.

21. Is een minimale zuurstofpercentage van 19% een veiligheidseis voor het betreden van een besloten ruimte?

Een minimale zuurstofpercentage van 19% is een veiligheidseis voor het betreden van een besloten ruimte.

22. Is een aanwezig explosief gasmengsel minder dan 10% van de LEL een veiligheidseis voor het betreden van een besloten ruimte?

Een aanwezig explosief gasmengsel minder dan 10% van de LEL is een veiligheidseis voor het betreden van een besloten ruimte.

23. Aan welke veiligheidseis moet de concentratie van giftige stoffen voldoen voor het betreden van een besloten ruimte?

De concentratie van giftige stoffen moet lager zijn dan de toegelaten grenswaarde voor het betreden van een besloten ruimte.

24. Aan welke veiligheidseis moet de concentratie van giftige dampen voldoen voor het betreden van een besloten ruimte?

De concentratie van giftige dampen moet lager zijn dan de toegelaten grenswaarde voor het betreden van een besloten ruimte.

25. Is een adequate luchtverversing een veiligheidseis voor het betreden van een besloten ruimte?

Een adequate luchtverversing is een veiligheidseis voor het betreden van een besloten ruimte.

26. Wanneer moeten er bij het betreden van een besloten ruimte waarschuwingsborden aan de toegang hangen tegen het betreden van onbevoegden?

Bij het betreden van een besloten ruimte moeten er altijd waarschuwingsborden hangen aan de toegang tegen het betreden van onbevoegden?

27. Welke veiligheidsmaatregelen moeten er genomen worden met de leidingen die aangesloten zijn op een besloten ruimte alvorens deze besloten ruimte te betreden?

Leidingen die aangesloten zijn op de besloten ruimte moeten steeds afgeblind of losgekoppeld zijn alvorens de besloten ruimte te betreden.

28. Wanneer is een geldige werkvergunning of een schriftelijke vrijgave nodig alvorens een besloten ruimte te mogen betreden?

Een geldige werkvergunning of een schriftelijke vrijgave is altijd nodig alvorens een besloten ruimte te mogen betreden.

29. Is er een minimumleeftijd om een besloten ruimte te mogen betreden?

De minimumleeftijd om een besloten ruimte te mogen betreden is 18 jaar.

30. Wanneer moet er een permanente observatie zijn bij het betreden van een besloten ruimte?

Het is een veiligheidseis dat er altijd een permanente observatie is bij het betreden van een besloten ruimte.

---------------------------------

31. Welke personen moeten de metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte?


A. Enkel deskundige personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

B. Alle personen die in het bezit zijn van een meettoestel mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

C. Enkel leidinggevende personen die de werkvergunning ondertekend hebben mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

32. Welke personen moeten de metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte?


A. Enkel leidinggevende personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.

B. Alle personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte op voorwaarde dat de meettoestellen geijkt zijn.

C. Enkel deskundige personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

33. Welke personen moeten de metingen uitvoeren bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte?

Enkel deskundige personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte.

34. Welke personen moeten de metingen uitvoeren bij gevaar voor brand in een besloten ruimte?

Enkel deskundige personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor brand in een besloten ruimte.

35. Welke personen moeten de metingen uitvoeren bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte?

Enkel deskundige personen mogen metingen uitvoeren bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte.

36. Op hoeveel plaatsen moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten op meerdere plaatsen metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

37. Op hoeveel plaatsen moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten op meerdere plaatsen metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.

38. Op hoeveel plaatsen moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten op meerdere plaatsen metingen uitvoeren bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte.

39. Op hoeveel plaatsen moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor brand in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten op meerdere plaatsen metingen uitvoeren bij gevaar voor brand in een besloten ruimte.

40. Op hoeveel plaatsen moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten op meerdere plaatsen metingen uitvoeren bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte.

41. Wanneer moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten periodiek of continu metingen uitvoeren bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

42. Wanneer moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten periodiek of continu metingen uitvoeren bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.

43. Wanneer moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten periodiek of continu metingen uitvoeren bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte.

44. Wanneer moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor brand in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten periodiek of continu metingen uitvoeren bij gevaar voor brand in een besloten ruimte.

45. Wanneer moeten deskundige personen metingen uitvoeren bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte?

Deskundige personen moeten periodiek of continu metingen uitvoeren bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte.

---------------------------------

46. Is het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte?


A. Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is nooit een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

B. Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

C. Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is enkel een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte wanneer de werknemers in de besloten ruimte geen autonome ademhalingstoestellen dragen.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

47. Is het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte?



A. Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is geen verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.

B. Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is enkel een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte wanneer er slechts 1 persoon in de besloten ruimte aanwezig is.

C. Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

48. Is het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte?

Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte.

49. Is het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor brand in een besloten ruimte?

Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor brand in een besloten ruimte.

50. Is het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte?

Het aanwezig zijn van permanente observatie door een buitenwacht of mangatwacht is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte.

51. Is het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte?

Het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor verstikking in een besloten ruimte.

52. Is het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte?

Het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor bedwelming in een besloten ruimte.

53. Is het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte?

Het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor vergiftiging in een besloten ruimte.

54. Is het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor brand in een besloten ruimte?

Het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor brand in een besloten ruimte.

55. Is het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte?

Het onderhouden van de communicatie met persoon in de besloten ruimte is een verplichte veiligheidsmaatregel bij gevaar voor explosie in een besloten ruimte.

56. Is het alarmeren van de hulpverlenende afdeling als de persoon in de besloten ruimte in gevaar is een taak van de buitenwacht of de mangatwacht?

Het alarmeren van de hulpverlenende afdeling als de persoon in de besloten ruimte in gevaar is is een taak van de buitenwacht of de mangatwacht.

57. Is het controle houden op de ventilatie in een besloten ruimte een taak van de buitenwacht of de mangatwacht wanneer personen werkzaamheden aan het uitvoeren zijn in een besloten ruimte?

Het controle houden op de ventilatie in een besloten ruimte is een taak van de buitenwacht of de mangatwacht wanneer personen werkzaamheden aan het uitvoeren zijn in een besloten ruimte.

58. Is het hulp bieden aan slachtoffers een taak van de buitenwacht of de mangatwacht wanneer personen werkzaamheden aan het uitvoeren zijn in een besloten ruimte?

Het hulp bieden aan slachtoffers is een taak van de buitenwacht of de mangatwacht wanneer personen werkzaamheden aan het uitvoeren zijn in een besloten ruimte.

59. Wanneer moeten personen die een taak uitoefenen als buitenwacht of mangatwacht beschikken over een aantoonbare getoetste deskundigheid?

Personen die een taak uitoefenen als buitenwacht of mangatwacht moeten altijd beschikken over een aantoonbare getoetste deskundigheid.

60. Is er een verhoogd verstikkingsgevaar wanneer er een zuurstoftekort is door de aanwezigheid van een inert gas?

Er is een verhoogd verstikkingsgevaar wanneer er een zuurstoftekort is door de aanwezigheid van een inert gas.

---------------------------------

61. Kan te weinig ventilatie, waardoor onderste explosiegrens snel wordt bereikt, leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar?


A. Te weinig ventilatie, waardoor onderste explosiegrens snel wordt bereikt, kan leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar.

B. Te weinig ventilatie, waardoor onderste explosiegrens snel wordt bereikt, kan nooit leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar.

C. Te weinig ventilatie, waardoor onderste explosiegrens snel wordt bereikt, kan enkel leiden tot verhoogd brandgevaar en niet tot verhoogd explosiegevaar.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

62. Kan de aanwezigheid van brandbare stoffen in een ruimte leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar?


A. De aanwezigheid van brandbare stoffen in een ruimte kan enkel leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar wanneer de stijgt boven de 30°C.

B. De aanwezigheid van brandbare stoffen in een ruimte kan niet leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar wanneer deze ruimte afgesloten is.

C. De aanwezigheid van brandbare stoffen in een ruimte kan leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar.


Keuze A...........Keuze B...........Keuze C

---------------------------------

63. Kan de aanwezigheid van brandbare stoffen in het materiaal of bij verwijdering van roestlagen leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar?

De aanwezigheid van brandbare stoffen in het materiaal of bij verwijdering van roestlagen kan leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar.

64. Kan open vuur of vonken in de besloten ruimte leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar?

Open vuur of vonken in de besloten ruimte kan leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar.

65. kan zuurstoflekkage uit slangen of niet goed dichtgedraaide branders leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar?

Zuurstoflekkage uit slangen of niet goed dichtgedraaide branders kan leiden tot verhoogd brandgevaar en explosiegevaar.

66. Kan in een besloten ruimte de aanwezigheid van giftige stoffen en te weinig ventilatie waardoor de concentratie boven de grenswaarde kan komen leiden tot verhoogd vergiftigingsgevaar?

In een besloten ruimte kan de aanwezigheid van giftige stoffen en te weinig ventilatie waardoor de concentratie boven de grenswaarde kan komen leiden tot verhoogd vergiftigingsgevaar.

67. Verhoogd het gevaar op elektrocutie door meer geleiding van het lichaam wanneer door slechte ventilatie in een besloten ruimte de lichaamstemperatuur hoger is en meer vochtig is door het zweten?

Het gevaar op elektrocutie door meer geleiding van het lichaam verhoogd wanneer door slechte ventilatie in een besloten ruimte de lichaamstemperatuur hoger is en meer vochtig is door het zweten.

68. Welke veiligheidsmaatregel moet er genomen worden in verband met de verblijfsduur in een besloten ruimte?

Een zo kort mogelijke verblijfsduur in een besloten ruimte is een veiligheidsmaatregel die genomen moet worden.

69. Wanneer moet er een onafhankelijke adembescherming bij een concentratie aanwezige gevaarlijke gassen/dampen boven de grenswaarde en bij een te laag zuurstofpercentage in een besloten ruimte gebruikt worden?

Wanneer moet er een onafhankelijke adembescherming bij een concentratie aanwezige gevaarlijke gassen/dampen boven de grenswaarde en bij een te laag zuurstofpercentage in een besloten ruimte gebruikt worden.

70. Wanneer is gehoorbescherming een extra persoonlijke beschermingsmiddel dat gebruikt mag worden in een besloten ruimte?

Gehoorbescherming is een extra persoonlijke beschermingsmiddel dat gebruikt mag worden in een besloten ruimte afhankelijk van type werkzaamheden en aard van besloten ruimte.

71. Is een reddingslijn een extra persoonlijke bescherming dat mag gebruikt worden bij werkzaamheden in een besloten ruimte?

Een reddingslijn is een extra persoonlijke bescherming dat mag gebruikt worden bij werkzaamheden in een besloten ruimte tenzij deze extra gevaar oplevert.

72. Wanneer mag een gaspak gebruikt worden als een extra persoonlijke bescherming in een besloten ruimte?

Als er mogelijk gassen en/of dampen zijn met gevaar voor huidopname mag een gaspak gebruikt worden als een extra persoonlijke bescherming in een besloten ruimte.

73. Is het creëren van zoveel mogelijk natuurlijke ventilatie tijdens werkzaamheden in een besloten ruimte een te nemen veiligheidsmaatregel bij werken in besloten ruimtes?

Het creëren van zoveel mogelijk natuurlijke ventilatie tijdens werkzaamheden in een besloten ruimte is een te nemen veiligheidsmaatregel bij werken in besloten ruimtes.

74. Is het voorzien van extra mechanische ventilatie, wanneer de natuurlijke ventilatie onvoldoende is, tijdens werkzaamheden in een besloten ruimte een te nemen veiligheidsmaatregel bij werken in besloten ruimtes?

Het voorzien van extra mechanische ventilatie, wanneer de natuurlijke ventilatie onvoldoende is, tijdens werkzaamheden in een besloten ruimte is een te nemen veiligheidsmaatregel bij werken in besloten ruimtes.

75. Is een plaatselijke afzuiging bij het vrijkomen van gassen en dampen, wanneer natuurlijke ventilatie en mechanische ventilatie onvoldoende zijn, tijdens werkzaamheden in een besloten ruimte een te nemen veiligheidsmaatregel bij werken in besloten ruimtes?

Een plaatselijke afzuiging bij het vrijkomen van gassen en dampen, wanneer natuurlijke ventilatie en mechanische ventilatie onvoldoende zijn, tijdens werkzaamheden in een besloten ruimte is een te nemen veiligheidsmaatregel bij werken in besloten ruimtes.

76. Is het op de juiste wijze spanningsvrij maken van elektrische apparatuur in een besloten ruimte een te nemen veiligheidsmaatregel bij werkzaamheden in besloten ruimtes om elektrocutie te voorkomen?

Het op de juiste wijze spanningsvrij maken van elektrische apparatuur in een besloten ruimte is een te nemen veiligheidsmaatregel bij werkzaamheden in besloten ruimtes om elektrocutie te voorkomen.

77. Is het gebruikmaken van een veilige spanning in besloten ruimtes met geleidende wanden een veiligheidsmaatregel om elektrocutie te voorkomen tijdens werkzaamheden in besloten ruimtes?

Het gebruikmaken van een veilige spanning in besloten ruimtes met geleidende wanden is een veiligheidsmaatregel om elektrocutie te voorkomen tijdens werkzaamheden in besloten ruimtes.

<< Terug
VCA --------------------------------------------------------------
1. Voorbereiden, bespreken en inspecteren van de werkzaamheden
2. Uitvoeren van werkzaamheden
2.1 Werkplek
2.2 Persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)
2.3 Arbeidsmiddelen
2.4 Specifieke werkzaamheden en omstandigheden
...
2.4.8 Gevaren/risico's en veiligheidsmaatregelen bij het werken op hoogte
2.4.9 Gebruikswijze van materiaal voor het werken op hoogte
2.4.10 Eisen voor hoogwerkers en gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het werken met hoogwerkers

--> 2.4.11 Gevaren en veiligheidsmaatregelen bij het werken in besloten ruimtes <--

2.4.12 Extra maatregelen bij het werken met risicoverhogende apparaten en materieel en tijdens risicoverhogende activiteiten in besloten ruimtes
3. Beheersen van specifieke gevaren
4. Beheersen van incidenten en noodsituaties



Vragen VCA